Touwtrekken

26 februari

Ona brengt een molentje mee. Wat kun je hiermee doen? Je kunt het laten draaien, als je erin blaast. Je maakt wind. Het is een windmolentje. Je kunt ook in iemands oren blazen. Dat kriebelt! Buiten vangen we de wind, daarna zetten we het molentje in onze tuin, en zien hoe het steeds sneller en sneller draait. Het is een winderige dag. Venne kreeg een babyzusje. Ze heet Lucy. Het idee wordt geopperd om een mobile te maken voor baby Lucy. Daar werken we naarstig aan. Venne brengt ook een cadeautje voor ons mee. Het zijn zaadbommen. Er wordt gestemd wat we ermee willen doen: mee naar huis nemen of op school gebruiken. Omdat er verschillende kleuters afwezig zijn, wordt de stemming uitgesteld tot volgende week.

Op Annabels T-shirt staat een meisje dat speelt met een springtouw. Dat kunnen wij ook! We trekken naar buiten en proberen allerlei manieren om te springen. We eindigen met een touwtrekwedstrijd. Superleuk!

Joas bakte in de vakantie cakejes met zijn mama. Hij brengt er vijf mee naar school, die wil hij uitdelen aan de kleuters. We zoeken uit hoe we dat kunnen doen. Uiteindelijk komen we erachter dat als we alle cakejes in drie stukjes snijden, iedereen een stukje krijgt. Ze zijn lekker!

We zoeken uit of er in de kampen twee of drie boomstammetjes aanwezig zijn. Ons idee om er in elk kamp drie toe te laten brengen we op de praatraad.

De klimboom is opeens omheind. Dat is spijtig. We vragen op de praatraad hoe dat komt. We klimmen graag in de klimboom. Hopelijk mogen we dat snel weer doen.

Met de warme februaridagen spelen we veel buiten. Op dinsdag komt Zarris, die vroeger ook een regenboogje was, maar nu al op de Hoge School zit, met ons spelen. Ze speelt samen met ons spelletjes in onze kleutertuin. Heerlijk!

Prettig weekend,

Hilde